Meervoudige intelligentie van Gardner
Gardner’s bekende theorie van de meervoudige intelligenties (MI) gaat er vanuit dat de bekwaamheid om te leren langs verschillende wegen kan plaatsvinden. Gardner onderscheidt hierin op grond van een aantal criteria in ieder geval de volgende intelligenties: verbaal-linguïstisch, logisch-mathematisch, visueel-ruimtelijk, muzikaal-ritmisch, lichamelijk-kinesthetisch, naturalistisch, interpersoonlijk en intrapersoonlijk.
Elke intelligentie vervolgt zijn eigen ontwikkelingstraject. Intellectuele asynchronie, een asynchrone ontwikkeling tussen de intelligentiegebieden, is vanuit een MI perspectief een te verwachten kenmerk van begaafdheid. Dit betekent in de praktijk dat (hoog)begaafdheid domeinspecifiek is, het kan zich op één of meerdere begaafdheidsgebieden uiten, maar is zelden op alle gebieden in één persoon in uitzonderlijke mate aanwezig. Binnen één individu kunnen er ook grote verschillen in aanleg zijn tussen verschillende begaafdheidsgebieden.
Elke intelligentie vervolgt zijn eigen ontwikkelingstraject. Intellectuele asynchronie, een asynchrone ontwikkeling tussen de intelligentiegebieden, is vanuit een MI perspectief een te verwachten kenmerk van begaafdheid. Dit betekent in de praktijk dat (hoog)begaafdheid domeinspecifiek is, het kan zich op één of meerdere begaafdheidsgebieden uiten, maar is zelden op alle gebieden in één persoon in uitzonderlijke mate aanwezig. Binnen één individu kunnen er ook grote verschillen in aanleg zijn tussen verschillende begaafdheidsgebieden.
Als kinderen in de plusklas binnenkomen hebben ze vaak het idee dat er alleen slimme, normale en domme kinderen zijn. Het is heel belangrijk de kinderen inzicht te geven in de verschillende talenten van kinderen, de verschillende intelligenties,
iedereen is ergens goed in !
Naast het MI principe, pluizen we ook de verschillende modellen van hoogbegaafdheid uit, op zoek naar herkenning bij onszelf en als motivatie voor het werk dat in de plusklas gedaan wordt. Naast het hoge IQ van de kinderen zijn nog veel meer dingen belangrijk om hoogbegaafde prestaties neer te zetten. daar worden ze in de plusklas helemaal van doordrenkt. Fouten maken, doorzetten, motivatie, leren leren, onderzoeksvaardigheden, ... zijn allemaal belangrijk. Wees niet bang de theorie met de kinderen te bespreken !
iedereen is ergens goed in !
Naast het MI principe, pluizen we ook de verschillende modellen van hoogbegaafdheid uit, op zoek naar herkenning bij onszelf en als motivatie voor het werk dat in de plusklas gedaan wordt. Naast het hoge IQ van de kinderen zijn nog veel meer dingen belangrijk om hoogbegaafde prestaties neer te zetten. daar worden ze in de plusklas helemaal van doordrenkt. Fouten maken, doorzetten, motivatie, leren leren, onderzoeksvaardigheden, ... zijn allemaal belangrijk. Wees niet bang de theorie met de kinderen te bespreken !